Ik zorg voor mijn twee dove kinderen
Wat doe je als je kind niet hoort wat je zegt?
Telefoneren met twee dove kinderen gaat natuurlijk heel moeilijk, maar Whatsappen is dé oplossing
Mijn twee zoons zijn allebei doof geboren. De oudste is nu 12 jaar en de jongste is 10. Na de geboorte van mijn eerste zoon kwam ik gelijk in een heel circus terecht. Wat doe je als je kind niet hoort wat je zegt? In het begin had ik geen idee wat ik moest doen, maar dat leerde ik vanzelf. We zijn gebarentaal gaan leren en ik ben trouwens ook erg geholpen met de techniek van tegenwoordig. Telefoneren gaat natuurlijk heel moeilijk, maar Whatsappen is dé oplossing. Als ik wat later thuis ben, stuur ik gewoon een appje.
Doofheid wordt vaak neergezet als een technisch probleem, maar het is zoveel meer dan dat. Als mijn kind niet hoort wat ik zeg, moet ik het met mijn mimiek uitleggen. Op straat ben ik wel eens gevraagd waarom ik zo boos naar mijn kind keek. Het is lastig dat ik mij soms moet verantwoorden dat mijn kind aan mijn gezicht moet kunnen aflezen dat het niet mag wat hij doet. Maar je krijgt ook een olifantenhuid hoor, mensen hebben er toch altijd een mening over.
De verzorging van mijn kinderen is zowel extern als intern georiënteerd. Enerzijds voer ik gesprekken op school, ben ik aanwezig bij periodieke onderzoeken in het ziekenhuis of geef ik voorlichting aan de omgeving. Anderzijds is het een stukje emotionele begeleiding aan mijn kinderen. Ik help bijvoorbeeld als dingen niet lukken. Mijn zoons mogen bijvoorbeeld niet op voetbal. Daar is hun hoofd te kwetsbaar voor. Op dat moment kan ik niet meer dan het bieden van een stabiele basis en het geven van steun. In dit soort situaties moeten ze leren accepteren dat ze anders zijn.
Mijn kinderen missen soms de vaardigheid om goed te kunnen uitdrukken wat ze precies bedoelen. Dan is het des te meer frustrerend dat ik mij niet kan verplaatsen in hun belevingswereld. Het is lastig dat ik niet begrijp waar zij tegenaan lopen. Sociaal emotionele ontwikkeling gaat ook anders. Als je doof bent en je met een Cochleair Implantaat hoort, is de hele intonatie weg. Alles klinkt monotoon. Als een vriendje met een glimlach tegen mijn kind zei dat hij moest stoppen, dacht hij dat het een grapje was. De omgeving realiseert zich dit soort dingen vaak onvoldoende.
Mijn oudste zoon gaat binnenkort naar de middelbare school. Dat is een behoorlijke zoektocht geweest. Scholen hebben weinig ervaring met dove kinderen. Mijn kind is een van de weinigen in Almere dat met zijn doofheid naar school gaat. Scholen zijn voorzichtig, dus je moet het continu voor hem opnemen. Ik probeer altijd een coöperatieve houding aan te nemen naar scholen. We komen elkaar tegemoet en daar kom ik tot nu toe het verst mee. Voor mijn zoon is het ook een spannende tijd. Een jongen van deze leeftijd wil liever cool zijn dan kwetsbaar. Hij moet echter wel voor zichzelf opkomen en aan de bel trekken als hij iets niet volgt. Dat lukt steeds beter. Gelukkig heeft hij voldoende zelfvertrouwen en doorzettingsvermogen. Als het niet rechtsom gaat, dan gaat het wel linksom.
Ik hoop dat mijn oudste zoon over vijf jaar op eigen benen kan staan en gaat studeren. Hij wil technisch tekenaar worden. Of dit gaat lukken hangt – helaas – ook af van de wet- en regelgeving. De regering overweegt om op tolken te bezuinigen. Als dat echt wordt doorgevoerd, ziet de toekomst er heel anders uit. Ik hoop dat hij kan gaan studeren en ondanks zijn beperkingen goed mee kan doen in de maatschappij. Dat lijkt zeker niet onhaalbaar hoor. Hij is slim, heeft ambitie en bezit veel doorzettingsvermogen. Ondanks alles is en blijft er perspectief. Dat houdt mij op de been. (interview uit 2016)