Een maatje biedt uitkomst
Fred en Tiny zijn 58 jaar getrouwd, ze kennen elkaar al sinds hun 10e en zijn altijd bij elkaar geweest. Nu is Tiny al een tijdje ziek en haar conditie gaat zienderogen achteruit. Fred zorgt voor haar. Dat heeft hij altijd gedaan. “We hebben elkaar leren kennen in een buurthuis en we hebben zelf ook altijd heel veel vrijwilligerswerk gedaan”. Sinds Tiny ziek is zorgt Fred 24 uur per dag voor haar. Tiny kan niet meer goed zien en wordt steeds vergeetachtiger. Wanneer ze Fred even niet ziet omdat hij bijvoorbeeld even naar boven is, dan raakt ze verward. “Ik durf haar niet meer alleen te laten”, zegt Fred. Ik ga nog wel eens heel even naar de supermarkt om iets te halen wat ik ben vergeten en als het goed gaat valt Tiny in slaap terwijl ik weg ben, maar eigenlijk kan ik dat niet meer doen”.
Sinds kort komt Tine als vrijwilliger bij Fred en Tiny om Fred te ontlasten. Fred houdt erg van fietsen en daar komt hij eigenlijk niet voldoende aan toe. “Ik breng Tiny een aantal maal per week naar de dagopvang van Polderburen, maar dat geeft mij geen rust. Ik ga dan boodschappen doen, en als het lukt nog even fietsen, maar dan moet ik ook weer op tijd terug zijn en dat werkt niet echt voor mij. Nu Tine bij ons komt en zich met Tiny bezig houdt, kan ik er even op uit op mijn fiets”. “En het maakt mij niet uit of hij een uurtje later terugkomt”, aldus Tine, “Fred moet even zijn hoofd leeg maken, hij zorgt 7 dagen per week 24 uur voor Tiny en hij heeft even tijd voor zichzelf nodig. Daar ben ik voor”. Ik heb een maatje nodig voor Tiny Fred:”Ik heb iemand nodig die hier in huis de weg weet, dingen kan vinden en zich kan redden wanneer ik er niet ben, iemand die Tiny vertrouwt en aan wie ik Tiny toevertrouw, echt een maatje. Toch vind ik het heel moeilijk, want ik wil het niet. Ik wil het allemaal gewoon zelf kunnen doen, maar dat lukt niet meer. Ik moet een deel uit handen geven, maar eigenlijk wil ik dat helemaal niet. In het afgelopen jaar ben ik 8 kilo afgevallen en toen ik dat zag besefte ik toch wel in dat ik hulp nodig had”.
Als maatje moet je een goede klik hebben Dat vindt Tine ook. “Die klik is erg belangrijk, en die hebben we. Dat komt ook voor een groot deel omdat de begeleiding vanuit de VMCA zo goed is. De coördinatoren hebben, afhankelijk van de behoefte van de vrijwilliger, veel contact met je. Dat is heel goed, want daardoor leren ze je goed kennen en weten ze aan wie je gekoppeld kunt worden. Ik vind ze daar heel goed in. Dat wil ik ook graag meegeven aan mensen die misschien twijfelen of ze maatje willen worden. Je komt alleen in een situatie terecht die je aan kunt en met de begeleiding die de coördinatoren bieden voel je je gewoon helemaal op je plek. Als maatje ben ik er voor de mensen waar ik kom. Ik ben ook bij een mevrouw geweest die kon niet zo veel meer. Dan deed ik handwerkjes terwijl zij bijvoorbeeld sliep, als ze dan wakker werd dan zag ze mij zitten en begon ze te lachen, gewoon om het feit dat ze niet alleen was. Ik heb twee nieuwe kussens voor haar gemaakt voor op de bank en toen het af was zei ze: “ik heb een nieuwe bank”. Dat was voor mij het grootste cadeau, de waardering die hier uit spreekt en dat ik die mevrouw zo blij heb kunnen maken.
Nu ben ik er voor Tiny, zodat Fred er even helemaal uit kan. Het leuke is dat ik uit Heemskerk kom en dat Fred en Tiny daar vroeger vaak kwamen toen ze vrijwilligerswerk deden. We hebben dus heel veel herinneringen om op te halen aan vroeger. Dat is erg leuk, want dingen van vroeger die herinnert Tiny zich nog wel.” De behoefte aan maatjes is groot “De behoefte aan ‘ons soort’ vrijwilligers is groot”, aldus Tine. “De groep die het zonder hulp thuis moet redden, maar het eigenlijk niet meer redt wordt steeds groter. Ik heb wel een achtergrond in de zorg, maar ik bemoei me helemaal niet met de zorg. Het is hooguit dat ik Fred eens help met het stellen van de juiste vragen. Ik ben heel blij met mijn vrijwilligerswerk. Er zijn zoveel mensen die eenzaam zijn en ik heb veel kennis die ik graag voor deze mensen wil inzetten”.